Er zijn heel verschillende redenen waarom wij een voor ons nieuwe diersoort naar de dierentuin halen: omdat die een goede aanvulling is voor een ecodisplay, omdat ze in het systeem een bijzondere ecologische rol kan vervullen, omdat er een relevant verhaal over verteld kan worden of soms ook gewoon omdat de behoeftes van de soort bij een bestaand verblijf passen. Steeds vaker en steeds sterker speelt een directe link met een natuurbehoudsproject in de natuur een rol bij de keuze. Als een dierentuinpopulatie van een soort werkelijk van belang is voor het voortbestaan van deze soort, is dit wel een zwaarwegend argument om in je dierentuin een plaatsje vrij de maken!
De afgelopen weken konden we twee nieuwe vogelsoorten in ons park verwelkomen, waarvoor een fokprogramma om de soort te behouden, cruciaal is: de kaalkopibis en de zwart-witte lijstergaai. Bij de kaalkopibis hebben nakweek in dierentuinen en herintroductieprojecten ervoor gezorgd dat de wilde populatie niet meer tot slechts één gebiedje in Marokko beperkt is gebleven. Deze ibissoort bewoonde vroeger ook delen van Europa, maar is hier al eeuwen geleden verdwenen. Geïntensiveerde landbouw met daarmee gepaard gaande veranderingen in het habitat was toen al de aanleiding! Daarnaast gold deze ibis in sommige streken als lekkernij. In Marokko, Turkije en Syrië heeft de kaalkopibis zich redelijk kunnen handhaven, maar ook hier had hij het zwaar door jacht en pesticidegebruik.
Rond de eeuwwisseling was in Marokko met pakweg 60 broedparen nog de grootste populatie over. In Turkije was men toen al bezig met het weer opbouwen van een half wilde populatie, want daar was de vogel rond 1960 al bijna verdwenen. De losse broedkoppels die af en toe in Syrië worden gespot, zetten qua aantallen geen zoden aan de dijk. In Europese dierentuinen wordt bij deze soort al lang heel hard gewerkt aan een fokprogramma. In dierentuinen wereldwijd leven ruim anderhalf keer zoveel kaalkopibissen als in de natuur. Dierentuinen zijn ook hoofdleveranciers voor herintroductieprojecten in Spanje, Oostenrijk en Duitsland. Gerichte aandacht en attitudeverandering bij de bevolking heeft het aantal kaalkopibissen in de natuur weer tot rond de duizend laten stijgen. In Burgers’ Zoo wonen vier van deze vogels samen met de monniksgieren in een verblijf. De bedoeling is dat het uiteindelijk een groep van acht kaalkopibissen wordt.
De zwart-witte lijstergaai heeft op de vogelafdeling haar intrek heeft genomen. De aantallen in de natuur nemen schrikbarend snel af. Deze vogel was dan ook een hoofdrolspeler bij de recente EAZA-natuurbehoudscampagne ‘Silent Forest’. Ook Burgers’ Zoo droeg een steentje bij aan de campagne en is daardoor medesponsor van kweek- en opvangfaciliteiten direct op Sumatra. De kleine populatie in Europese dierentuinen groeit en omvat nu zo’n 85 vogels. Hopelijk keren we het tij op tijd, maar als het moet, dan kunnen we als laatste redmiddel met vogels uit dierentuinen de geslonken restpopulatie op Sumatra versterken. Op deze manier kunnen dierentuinen door verstandig managen en kweken met collecties een directe bijdrage aan soortbehoud leveren.
Koninklijke Burgers’ Zoo is door Michelin bekroond met twee Michelinsterren. In de Michelin Reisgids…
26 september 2024
Indrukwekkende draken, eenhoorns, centauren, boomnimfen, sfinxen, zeemeerminnen en talloze andere be…
5 september 2024
Stichting Future For Nature (FFN), gevestigd in Burgers’ Zoo, zet zich in voor het belang van natuur…
3 september 2024