In de Bush kom je de raarste dingen tegen, maar één van de vreemdste zaken is toch wel een cactus in een boomkruin! Veel mensen zal het overigens niet opvallen, want ze zien er wel een beetje anders uit dan de stekelige bolletjes en cilindertjes in onze vensterbank. Het zijn soms meer bosjes veters of lange, vlezige lappen al dan niet verdeeld in segmenten.
Zoals alle andere, ‘normale’ cactussen komen ze alleen maar in Zuid- en Midden-Amerika voor. Hoewel er daar een groot aantal van die boombewonende soorten te vinden is, wil ik nu alleen even naar de Rhipsalissen kijken. De meeste van de ongeveer 60 soorten lijken op de genoemde bosjes veters: vertakkende, bladerloze, groene stengels waar vrijwel geen dorentje op te vinden is. Op sommige jonge plantjes zie je die dorentjes nog wel, maar bij de oudere is dat gevaar bij veel soorten helemaal verdwenen. Die dorentjes, of eigenlijk kun je beter zeggen naaldjes want ze zijn heel dun en klein, staan in bosjes op de stengels. Als ze verdwijnen, gaat de plant daar meestal een zijstengel vormen en zo ontstaan soms hele nesten van stengels. Die zijn wel wat vlezig omdat ze water opslaan en dat is niet anders dan bij gewone cactussen. Eigenlijk is het allemaal nog heel logisch ook. Zo’n boombewonende plant, ook wel epifyt genoemd, komt niet zo makkelijk aan water en moet met weinig toekomen of het ergens opslaan als het regent. Veel epifyten hebben dikke, leerachtige bladeren en / of waterreservoirs. Rhipsalissen hebben helemaal geen blad en slaan water op in de stengels en kunnen zo dus prima overleven op droge winderige plaatsen. Ook buiten de regenwouden hangen telefoonpalen of -draden vol met Rhipsalis en vogels maken er dan dankbaar hun nesten in. Vogels zijn belangrijk voor de plant, omdat ze de bessen eten die na de bloei ontstaan.
De bloemen moet je echt zoeken. Ze zijn klein en onopvallend, maar de bessen zijn vaak rood, geel of wit en steken behoorlijk af. De zaadjes hieruit worden met de vogelpoep weer keurig op takken of palen afgezet en de kleine Rhipsalisjes staan weer precies op de goede plaats.
Het geheel lijkt wel wat op de maretak waarvan de witte bessen ook door vogels worden gegeten die de zaden ook weer boven in de bomen ‘uitzaaien’.
Er is een Rhipsalissoort die buiten Amerika terecht is gekomen en nu in Afrika en Azië te vinden is. Men denkt dat trekvogels die zaden zouden hebben overgebracht, maar zoveel vruchtenetende vogels trekken niet van Zuid-Amerika naar Afrika! Anderen denken dat mensen de plant hebben meegenomen om als surrogaatmaretak te gebruiken. In elk geval past de plant zich makkelijk aan en zelfs in huis doen ze het best goed. Als u ze maar niet in een potje aarde zet!
In deze nieuwe reeks artikelen beschrijven we voorbeelden van camouflage in het dierenrijk. Er zijn…
26 januari 2023
Bezoekers in de Desert reageren meestal met een mengeling van bewondering en ontzag als ze de kalkoe…
24 november 2022
De Noord-Amerikaanse boomstekelvarkens hebben in de Desert hun intrek genomen in het voormalige verb…
17 november 2022