In Burgers’ Zoo leven veel vis- en vleeseters. Doorgaans voeren we deze dieren niet met vlees van dieren uit onze eigen collectie. In plaats daarvan kopen we vlees en vis in als voedsel voor onze dieren.
In Burgers’ Zoo leven veel vis- en vleeseters. Doorgaans voeren we deze dieren niet met vlees van dieren uit onze eigen collectie. In plaats daarvan kopen we vlees en vis in als voedsel voor onze dieren.
De groep pinguïns werkt elke week een flinke hoeveelheid haring naar binnen. En in de Ocean staat bijvoorbeeld bij de haaien makreel, schelvis, inktvis en horsmakreel op het menu. Haaien en andere vissen hebben als koudbloedige dieren verrassend weinig voedsel nodig, zeker in vergelijking met de zoveel kleinere pinguïns! Bij het aankopen van de vis maken we zo goed als mogelijk duurzame keuzes. Vissoorten die als bedreigd te boek staan en volgens de Viswijzer geen goede keuze zijn, vervangen we door andere vissoorten met vergelijkbare nutriënten.
Slangen, varanen en gieren krijgen kleinere zoogdieren te eten, meestal muizen, ratten of konijnen. De muizen kweken we deels zelfs, de overige voedseldieren komen van fokkerijen of via handelaren. Of ze komen al dood en ingevroren naar het park, of ze worden levend gebracht en hier snel en pijnloos gedood. In elk geval worden in Burgers’ Zoo geen levende muizen, ratten, konijnen of andere zoogdieren en vogels gevoerd aan de vleeseters. Dit is overeenkomstig met de afspraken binnen de NVD (Nederlandse Vereniging van Dierentuinen) en gebaseerd op de aanname dat zo’n voedseldier grote stress ervaart van een roofdier als er geen ontsnappingskans bestaat. Wel worden kleinere prooidieren altijd als heel karkas aangeboden, en niet als bijvoorbeeld konijnenfilet. De vleeseters zijn langer bezig met het verwerken van het voedsel, als het om hele dieren gaat. Daarnaast eten ze vaak ook pezen, ingewanden en darminhoud, wat bevorderlijk is voor de gezondheid van de vleeseters is.
De grote katten van Burgers’ Zoo worden voornamelijk gevoerd met rundvlees en paardenvlees. Meestal gaat het hierbij om vlees dat wel geschikt zou zijn voor menselijke consumptie, ware het niet dat bijvoorbeeld vet- of watergehalte net naast de voor mensen gewenste waardes liggen, of dat de kleur van het vlees net niet optimaal is.
Natuurlijk gaan in dierentuinen ook dieren dood. Soms betreft het een dier dat in de natuur tot het prooispectrum van onze roofdieren zou tellen. Bijvoorbeeld een lierhert, een zebra of een pekari. Normaliter worden de lichamen van hier overleden dieren weggebracht voor sectie. Het kan echter voorkomen, dat uitgebreid onderzoek naar de doodsoorzaak niet nodig is. Bijvoorbeeld omdat een dier bij een ongeluk is overleden, of dat de dierenarts het heeft geëuthanaseerd. Het laatste gebeurt als een dier lijdt en met veterinaire zorg niet is te helpen en in enkele gevallen ook omdat een dier niet meer in ons park gehouden kan worden. Bijna altijd kunnen jongvolwassen dieren die in hun geboortegroep voor sociale spanning zorgen aan een andere verantwoorde dierentuin worden afgegeven.
In een enkele geval lukt dit ondanks alle inspanningen niet en dan kan worden besloten om het leven van zo’n dier te beëindigen. Euthanasie als populatiemanagement proberen we echter zoveel mogelijk te voorkomen; waar mogelijk zullen we eerder kiezen voor geboortebeperking bij diersoorten waar nageslacht niet gewenst is. In elk geval kan het vlees van een gedood dier, na een korte veterinaire keuring van het lichaam, in sommige gevallen nog als voedsel voor de roofdieren worden gebruikt. Hoewel dan doorgaans niet hele karkassen worden gevoerd, wordt het vlees ook niet helemaal onherkenbaar gemaakt. Het is dus mogelijk dat bezoekers de leeuwen op een zebrabout zien kluiven. Op het eerste gezicht kan dit misschien vreemd overkomen, maar feitelijk is het een goed, natuurlijk gebruik van een dood dier. En eigenlijk gaat het ook om prima ‘scharrelvlees’ van dieren die goed verzorgd werden, ruime huisvesting kenden en in een natuurlijke sociale setting hebben geleefd.
Halloween en pompoenen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Met een knipoog naar donderdag – 31…
30 oktober 2024
Woensdag 23 oktober 2024 om 13.30 uur presenteert kinderboekenschrijver Paul van Loon samen met Dolf…
23 oktober 2024
Donderdag 17 oktober is een 32-jarige breedlipneushoorn van Burgers’ Zoo naar dierenpark Le Monde Sa…
17 oktober 2024